Dam (ENG / NL)
1997, MKgalerie, Rotterdam
From mid April to mid May 1997 a solo exhibition of Wapke Feenstra’s work was on show in MKGalerie, Rotterdam. Entering the backroom of the gallery on the threshold of the exhibition dam, the public could hear the sound of a bleating sheep. This is a familiar sound from the farm in the countryside. It served here as a crossing to a more abstract level of thinking. Four different works from Wapke covered the walls.
Immediately on the right was the collection “Retouched Wood” (1996). The wooden collection was stacked and six panels were hanging on the wall. Their shades of yellow, orange and red fit in with the colours of the paintings on the other walls.
In front of the opposite wall the public could find a small bench – to rest – with a background of 24 identical small paintings (sticker posters) as a kind of wall paper. The interplay between both walls enabled them to ask questions, like: Is this another reflection of never-ending duplication? Does repetition make things better?
On the sides two paintings were exhibited that were connected to be sure in colour, but were opposites in shapes. The shine of the orange-red square painting reminds of a wooden sliding door, that can be opened or closed at any moment. This painting fascinated the public and was very appealing because the wooden backgroud was painted pearl and covered with a layer of thin, printed material. This turned out to be attractive to the eye because it changed colours and shades when walking alongside it.
Opposite this work was a painting of the rests of pulp around the stone of a fruit. The round shape and the rough surface of the stone was striking. In a subtle way it warned the viewer not to come too close. This specific mapping of the exposition hall with Wapke’s work is telling. It is an expression of attraction and repulsion, the fascination for showing and the enigma of what is shown.
In the other rooms of the galery were solo exhibitions by Jean-Pierre Zoetbrood and Serge Game.
NL
Vanaf midden april tot midden mei 1997 vond een solo-expositie van Wapke Feenstra’s werk plaats in de MK Galerie, Rotterdam. Bij het betreden van de achterruimte van de gallerie, op de drempel van de tentoonstelling `dam`, hoorde het publiek een mekkerend schaap. Het vertrouwde geluid van een boerderij op het platteland diende hier als overstap naar een abstracter denkniveau. Vier verschillende werken van Wapke namen de wanden in beslag.
Direct rechts was de collectie “Retouched Wood” (1996) te zien. De houtcollectie was gestapeld en zes paneeltjes waren opgehangen. Hun schakeringen geel, oranje en rood sloten aan bij de kleuren van de schilderijen op de overige wanden.
Voor de tegenovergelegen wand vond het publiek een rustbankje – even uitrusten – met als achtergrond 24 identieke schilderijtjes (plakposters) als een soort behang. De wisselwerking tussen beide wanden stelde de kijker in staat om vragen te stellen, zoals: Is dit weer een afspiegeling van de eindeloze duplicering? Maakt herhaling dingen beter?
Aan de zijwanden hingen twee schilderijen die weliswaar qua kleur bij elkaar aansloten, maar in hun vorm een tegenstelling uitdrukten. Het oranje-rode rechthoekige schilderij doet denken aan een houten roldeur die elk moment naar beneden of naar boven gehaald kan worden. Dit schilderij fascineeerde het publiek omdat over een met parelmoerverf beschilderde houten achtergrond een dunne bedrukte stof was getrokken. Dit trok aan, vanwege de verandering in kleurschakeringen en lichtinval als je er voorbij liep.
Tegenover dit werk hing een schilderij van vruchtvleesresten aan een pit. Opvallend hier was de ronde vorm en het grove oppervlak van de pit, die de toeschouwer subtiel waarschuwde om niet te dichtbij te komen. Deze specifieke invulling van de expositieruimte met Wapke’s werk is veelzeggend. Zij is onder andere een uitdrukking van aantrekking en afkeer, van de fascinatie voor het tonen en de raadselachtigheid van het getoonde.
In de andere gallerieruimtes waren solo-presentaties van Jean-Pierre Zoetbrood en Serge Game.
1997, MKgalerie, Rotterdam
From mid April to mid May 1997 a solo exhibition of Wapke Feenstra’s work was on show in MKGalerie, Rotterdam. Entering the backroom of the gallery on the threshold of the exhibition dam, the public could hear the sound of a bleating sheep. This is a familiar sound from the farm in the countryside. It served here as a crossing to a more abstract level of thinking. Four different works from Wapke covered the walls.
Immediately on the right was the collection “Retouched Wood” (1996). The wooden collection was stacked and six panels were hanging on the wall. Their shades of yellow, orange and red fit in with the colours of the paintings on the other walls.
In front of the opposite wall the public could find a small bench – to rest – with a background of 24 identical small paintings (sticker posters) as a kind of wall paper. The interplay between both walls enabled them to ask questions, like: Is this another reflection of never-ending duplication? Does repetition make things better?
On the sides two paintings were exhibited that were connected to be sure in colour, but were opposites in shapes. The shine of the orange-red square painting reminds of a wooden sliding door, that can be opened or closed at any moment. This painting fascinated the public and was very appealing because the wooden backgroud was painted pearl and covered with a layer of thin, printed material. This turned out to be attractive to the eye because it changed colours and shades when walking alongside it.
Opposite this work was a painting of the rests of pulp around the stone of a fruit. The round shape and the rough surface of the stone was striking. In a subtle way it warned the viewer not to come too close. This specific mapping of the exposition hall with Wapke’s work is telling. It is an expression of attraction and repulsion, the fascination for showing and the enigma of what is shown.
In the other rooms of the galery were solo exhibitions by Jean-Pierre Zoetbrood and Serge Game.
NL
Vanaf midden april tot midden mei 1997 vond een solo-expositie van Wapke Feenstra’s werk plaats in de MK Galerie, Rotterdam. Bij het betreden van de achterruimte van de gallerie, op de drempel van de tentoonstelling `dam`, hoorde het publiek een mekkerend schaap. Het vertrouwde geluid van een boerderij op het platteland diende hier als overstap naar een abstracter denkniveau. Vier verschillende werken van Wapke namen de wanden in beslag.
Direct rechts was de collectie “Retouched Wood” (1996) te zien. De houtcollectie was gestapeld en zes paneeltjes waren opgehangen. Hun schakeringen geel, oranje en rood sloten aan bij de kleuren van de schilderijen op de overige wanden.
Voor de tegenovergelegen wand vond het publiek een rustbankje – even uitrusten – met als achtergrond 24 identieke schilderijtjes (plakposters) als een soort behang. De wisselwerking tussen beide wanden stelde de kijker in staat om vragen te stellen, zoals: Is dit weer een afspiegeling van de eindeloze duplicering? Maakt herhaling dingen beter?
Aan de zijwanden hingen twee schilderijen die weliswaar qua kleur bij elkaar aansloten, maar in hun vorm een tegenstelling uitdrukten. Het oranje-rode rechthoekige schilderij doet denken aan een houten roldeur die elk moment naar beneden of naar boven gehaald kan worden. Dit schilderij fascineeerde het publiek omdat over een met parelmoerverf beschilderde houten achtergrond een dunne bedrukte stof was getrokken. Dit trok aan, vanwege de verandering in kleurschakeringen en lichtinval als je er voorbij liep.
Tegenover dit werk hing een schilderij van vruchtvleesresten aan een pit. Opvallend hier was de ronde vorm en het grove oppervlak van de pit, die de toeschouwer subtiel waarschuwde om niet te dichtbij te komen. Deze specifieke invulling van de expositieruimte met Wapke’s werk is veelzeggend. Zij is onder andere een uitdrukking van aantrekking en afkeer, van de fascinatie voor het tonen en de raadselachtigheid van het getoonde.
In de andere gallerieruimtes waren solo-presentaties van Jean-Pierre Zoetbrood en Serge Game.